Om zelf een biogestuurd strooiseltoilet te maken, klik hier, of haal het schema in pdf formaat van het internet [Plannen werden aangepast door Olivier Vienne, uit Écaussine in België]
Eerste publicatie van de tekst in het Frans op de huidige pagina op www.eautarcie.com: 2003
Aanpassing van de originele tekst en eerste publicatie van de huidige pagina op www.eautarcie.org: 2012-03-17
Bijgewerkt: 2012-03-17
Na het lezen van de verschillende hoofdstukken van deze site, wordt het voor veel gezinnen duidelijk hoe belangrijk het is deze stap te zetten en een BST in huis te installeren. De sleutel tot het succes begint bij de consensus binnen het gezin wat het principe betreft. Als er geen overeenstemming is, raad ik twijfelaars altijd aan een gezin te bezoeken dat reeds een BST gebruikt en het correct onderhoudt. Zelf eens dit toilet uitproberen is meer waard dan de meest overtuigende redevoeringen erover.
Zelfs voor diegenen die overtuigd zijn, is het voorzichtiger eerst een voorlopige versie thuis te proberen vooraleer tot een definitieve aankoop van een BST over te gaan. Daartoe kan men zich een plastieken (wordt voor enkele euro’s verkocht in winkels gespecialiseerd in plastieken objecten) of geëmailleerde plaatijzeren (die men vindt in antiquiteitenwinkels ) hygiëne-emmer aanschaffen.
Men kan deze emmer plaatsen naast het spoeltoilet . Daarnaast plaatst men een mandje of een emmer met strooisel (hier, zaagsel of houtkrullen). Tijdens het gebruik van dit voorlopig toilet kan het gezin dan uitmaken of deze nieuwe manier van omgaan met ontlasting aanvaardbaar is. Is de ervaring positief, dan kan men overgaan naar de volgende stap : de aankoop of de constructie van een BST.
Aan kandidaat-bouwers raad ik aan in de woning de plaats voor een spoeltoilet te voorzien, met de afvoerbuis en de wateraansluiting voor de spoeling. Bij een eventuele verkoop van het huis kan het immers gebeuren dat potentiële kopers geen BST willen gebruiken. In dat geval volstaat het de tegel waaronder de afvoerbuis zich bevindt te breken, een spoeltoiletpot te plaatsen en aan te sluiten op de tijdens de bouw geplaatste watertoevoer . Dit werk duurt een half uur voor een loodgieter.
Maar als men er zelf in blijft, installeert men uiteraard het BST en het duurzame beheerssysteem voor water kan van start gaan …
Als strooisel kan men gebruiken:
Als strooisel gebruikt men beter niet:
Eerst legt men een laag strooisel van enkele centimeter op de bodem van de toiletemmer. De hoeveelheid toe te voegen strooisel leert men door gebruikservaring. Te veel strooisel betekent vaker ledigen. Te weinig strooisel kan leiden tot een slechte beheersing van de geuren.
Na elk gebruik bedekt men de ontlasting met een blad toiletpapier en een beetje strooisel dat men nat maakt met een verstuiver voor kamerplanten. Nog beter [2]: urineer er bovenop indien mogelijk, en verdeel de urine over de hele oppervlakte van het strooisel dat de ontlasting bedekt. Alle toiletpapier voldoet en kan in de emmer geworpen worden. In dit toilet kan men ook maandverband en composteerbare luierbroekjes werpen. Rest alleen nog deze te vinden in de handel. Een tip voor de producenten...[3]
Wacht niet tot de emmer te vol en te zwaar is om hem in de compostbak te ledigen. Vermijd de plaatsing van té grote emmers, omdat die moeilijk te hanteren zijn. Een kleinere emmer is makkelijker te ledigen, maar... moet vaker geledigd worden.
Spoel de emmer en laat hem uitdrogen vooraleer weer in gebruik te nemen. Is de emmer van plastiek, dan voorziet men er beter twee: als de ene in gebruik is, wordt de andere buiten verlucht. Om de geuren te verwijderen die het plastiek heeft geabsorbeerd, kan men er tijdens de verluchting water met wat klei indoen. Dit water kan meerdere keren dienst doen. Zeepwater van de schoonmaak of van de was kan ook dienen. Toch is een roestvrijstalen emmer met voorsprong te verkiezen, ook al is hij dan een stuk duurder. In dat geval volstaat één emmer. Maar ook de roestvrijstalen emmer vergt een grondige schoonmaakbeurt om de twee weken. Daarvoor kan men een reinigingsproduct gebruiken waarmee men de badkuip schoonmaakt.
De compostbak waarin het effluent van het toilet (maximaal 1 vierkante meter per persoon) terechtkomt wordt opgesteld ergens in een hoek van de tuin, aan het zicht onttrokken. Men kan er ook alle tuin- en keukenresten in kwijt. Om te vermijden dat vliegen er zich in zouden vermenigvuldigen, bedekt men na elke toevoeging de hoop met wat tuinresten, grasmaaisel, dode bladeren, onkruid of stro.
Elk jaar in november ledigt men de compostbak . De inhoud wordt in de vorm van een dak gestapeld en bedekt met een laag van minstens 20cm stro. Na een jaartje rusten is de verkregen compost klaar voor gebruik in de tuin, en daar hoort ook de moestuin bij.
Gelukkig heeft men reeds wat ervaring opgedaan met het BST in tropische landen. Mits enkele voorzorgen kan het BST ook in tropische gebieden gebruikt worden.
Temperatuursverhoging lijkt de actietijd van het strooisel te verkorten voor wat de beheersing van de geuren betreft. Tot 25 graden Celsius is er geen enkel probleem. Boven deze temperatuur echter, begint het toilet na enkele uren naar ammoniak te ruiken. Aanvankelijk is de geur nog zwak, maar hij wordt sterker na een warme dag. Daardoor kan de inhoud van de BST-emmer na méér dan 24 uur eventueel een geur afgeven indien de temperatuur in huis naar 30°C stijgt. Deze geur wordt versterkt wanneer een plastieken emmer gebruikt wordt.
De oplossing ligt voor de hand: het BST moet elke dag geledigd worden. Bij intensief gebruik kan hij zelfs meerdere keren per dag geledigd worden. Bij het ledigen in de compostbak zal men er zorg voor dragen het uitgekieperde effluent goed met plantaardig materiaal te bedekken: strooisel, stro, grasmaaisel of zelfs bevochtigd verpakkingskarton. Wanneer het strooisel lichtjes bevochtigd wordt, wordt de geurbeheersing ook vergemakkelijkt. In een tropische omgeving gaat compostering sneller dan in Europa. Na 3 tot 4 maanden kan men de compostbak al leegmaken om de tweede faze van het composteringsproces aan te vatten. Door de hogere temperaturen in tropische gebieden is ook de oppervlaktecompostering een goede oplossing. Lees in dit verband de pagina gewijd aan de compostering van de ontlasting.
In de mate van het mogelijke zal men de plastieken emmers vervangen door roestvrijstalen emmers. Een minder dure oplossing is het gebruik van geëmailleerde stalen emmers. Nog een andere oplossing kan het gebruik zijn van geëmailleerde BST’s vervaardigd door een lokale kunstenaar in aardewerk. De cilindrische tank is dan uiteraard uitgerust met een hengsel voor het dragen. De (goedkope) plastieken emmers kunnen eventueel behouden blijven wanneer men twee of meer emmers per toilet inzet volgens de hier eerder gedane aanbevelingen.
In vochtig regenwoud kan men het BST in een goed verlucht lokaal plaatsen, eventueel gescheiden van de woning.
Er moet beklemtoond worden dat zowel in droge streken als in tropische gebieden het gebruik van latrines afgeschaft moet worden. Deze slechtruikende installaties zijn extreem vervuilend en kunnen ziektes overdragen. Het is niet te geloven dat latrines nog steeds aanbevolen worden door het merendeel van de sanitaire deskundigen.
Mijn correspondenten uit Noord-Afrika stellen me vaak volgende twee vragen omtrent het gebruik van het strooiseltoilet:
Tegelijkertijd wijzen diezelfde correspondenten me op de installatie van Turkse toiletten met septische putten en spoelsystemen. Daarbij hebben ze het meteen ook over ernstige problemen met watergebrek.
Het antwoord op de eerste vraag is vrij simpel: overal waar mensen kunnen leven, is er genoeg plantaardig materiaal voorhanden om de behoefte aan cellulosestrooisel te kunnen dekken. Zoals hierboven aangegeven kan alle materiaal van plantaardige oorsprong dienen als strooisel: dode bladeren, gemaaid gras, haagsnoeisel, kokosvezels, verwijderde planten en allerlei teeltresten. Er wordt mij verteld dat er in deze landen strooisel gebruikt wordt voor de dieren in stallen. Welnu, voor een BST is aanzienlijk minder strooisel nodig dan voor dieren.
Een andere bron van cellulosestrooisel is het stedelijke organisch afval: zacht papier (voornamelijk servetten, papieren zak- en keukendoeken) en vooral verpakkingskarton – zelfs indien bedrukt. Om te versnipperen kan men deze laatste bevochtigen en daarna drogen. Kartonstrooisel is van goede kwaliteit en levert een goede compost. De drukinkten zijn al na drie maanden compostering volledig afgebroken.
Laten we niet vergeten dat er, gelijktijdig met het gebruik van cellulose-afval, door de compostering van dit afval een hoogwaardig grondverbeteringsmiddel geleverd wordt voor het herstel van de teeltbodems. De humus die zich vormt, verbetert de wateropslagcapaciteit van de bodem: de bevloeiingsbehoeften verminderen.
De afschaffing van de Turkse spoeltoiletten betekent een waterbesparing van minstens 16.000 liter water per persoon per jaar, en dan hebben we het nog niet eens over het uitschakelen van vervuiling en sanitair gevaar veroorzaakt door de behandeling van zwart water. Water gebruikt voor spoeltoiletten wordt aan de landbouw onttrokken, en dat in een streek waar de hoeveelheid voedsel die men kan voortbrengen recht evenredig is met de beschikbaarheid van water. In droge streken is het gebruik van spoeltoiletten gewoon moreel onverantwoord.
Het probleem van rituele wassingen is er geen. Zelf ben ik geen moslim, maar door ernstige gezondheidsperikelen zag ik mij voor mijn persoonlijk netheid genoodzaakt een beroep te doen op water telkens ik naar het toilet moest (tot 25 maal per dag!). Daarom heb ik beslist om bij het toilet een vochtig washandje klaar te houden. Na elk gebruik spoelde ik dit handje uit onder lopend water in een klein wasbak naast het BST. Na 3 tot 4 dagen van uitsluitend persoonlijk gebruik ging het washandje dan in de was.
Ik denk dat deze manier van doen ook door moslims kan gehanteerd worden.
Het gebeurt vaak dat men er voor kiest om een spoeltoilet in huis te behouden, ook al heeft het gezin beslist om dagelijks het BST te gebruiken. Het argument dat ik ter rechtvaardiging van deze beslissing vaak hoor is: «wij hebben niet het recht het gebruik van ons BST aan onze bezoekers op te dringen» .
De ervaring bij een groot aantal gezinnen toont aan dat het samengaan van spoeltoilet en BST altijd uitdraait op het aan de kant schuiven van de laatste. Men onderschat vaak de macht der gewoonte...
Bovendien is dit een dure keuze. Naast de plaatsing van een selectief zuiveringssysteem voor grijs water, moet men ook de plaatsing voorzien van een systeem voor de behandeling van het effluent van het spoeltoilet, dat dus in principe enkel door bezoekers (en dus relatief weinig) wordt gebruikt. Een dergelijke keuze getuigt dus niet van redelijkheid.
Diegenen die «hun BST niet aan bezoekers durven opdringen» zijn waarschijnlijk niet ten volle overtuigd van de gegrondheid van hun initiatief. Onbewust zijn ze wat gegeneerd om anders te doen dan anderen. Het gaat hier om een soort conformisme. Als men echter alle elementen van dit probleem onder de loep neemt, dan komt men snel tot het besluit dat, als er iemand beschaamd moet zijn, het wel diegenen zijn die, hoewel ze de materiële mogelijkheden hebben om een BST te gebruiken, koppig blijven vasthouden aan het milieuvernietigende spoeltoilet.
Bij de gezinnen die uiteindelijk het BST in de armen gesloten hebben , stelt het gebruik ervan geen enkel probleem voor bezoekers. Volgens de meest elementaire wellevendheid horen gasten de keuzes van hun gastheer te respecteren. Het gebruik van een net en goed onderhouden BST stelt niemand voor een probleem. Ik heb BST’s zien installeren in luxueuze door aristocraten bewoonde villa’s waar hooggeplaatste gasten het BST zonder de minste opmerking gebruikten. De graad van weigerachtigheid tegenover het BST is omgekeerd evenredig met het niveau van wellevendheid en opleiding.
Kleine kinderen hebben geen enkele moeite om een BST te aanvaarden. Voor hen is het een spel als een ander . Alhoewel eerst verrast, gebruikten de klasmaatjes van onze zoon hem ook zonder probleem. Onze zoon was er trots op in een huis te wonen waar watervervuiling niet langer bestond.
Sommige van onze bezoekers weigerden al op voorhand het BST te gebruiken, terwijl ze tegelijk overtuigd waren van de noodzaak van regenwaterrecuperatie. Tijdens een lange discussie over dit thema die daarop volgde, moesten zij op den duur aan hun natuurlijke behoeften voldoen en daartoe werden zij uitgenodigd ons BST te gebruiken. Zo konden ze eens de kloof ontdekken tussen hun eigen vastgeroeste opvattingen en de werkelijkheid. Sindsdien zijn meerdere van deze personen zeer overtuigde gebruikers van het BST geworden.
Om verder te lezen, ga naar het hoofdstuk over De chemische samenstelling van onze ontlasting.